Editie Liemers, donderdag 15 maart 2007
Het herenteam van reddingsbrigade De Breuly in actie met lijnredding tijdens een training in het Lentebad van Zevenaar. De zwemmende redders doen er alles aan om in het weekend van 31 maart en 1 april Nederlands kampioen te worden. foto Henk Rodrigo
NK zwemmend redden is dit jaar in het Lentebad in Zevenaar.
door Carine ten Cate
Zevenaar - Ze hoeft ze nooit achter de vodden te zitten. De zwemmende redders van De Breuly in Zevenaar zijn zeer gedisciplineerd. "Ze weten wat ze kunnen en wat ze willen", zegt trainster Jolanda van Dalen. "Ik geef ze alleen wat begeleiding."
Reddingsbrigade De Breuly bestaat veertig jaar en organiseert daarom de Nationale Kampioenschappen zwemmend redden in het Zevenaarse Lentebad, op zaterdag 31 maart en op zondag 1 april. De Breuly doet mee met vier teams: jongens, meisjes, dames en heren. Ze worden getraind door Jolanda van Dalen en Cor de Boer.
"De dames en de jongens moeten een podiumplaats kunnen halen", vindt oud-topsportster en ex-bondscoach Van Dalen. "Voor het meisjesteam hopen we op een plaats bij de eerste zes en de heren gaan voor de hoofdprijs. Het wordt heel spannend tussen Echt, Heijthuijsen en Zevenaar. Wij hebben twee leden in de nationale ploeg, het team uit Heijthuijsen heeft vier nationale zwemmers."
Het herenteam is het goudvinkje van De Breuly. Peter Hulkenberg is ondanks zijn longinhoud van 6,5 liter en zijn bovengemiddelde longelasticiteit niet tevreden over zijn conditie. "Ik ben twee weken erg ziek geweest en moest antibioticum slikken. Dat is funest voor je conditie."
Jolanda van Dalen schaart Hulkenberg onder de 'smalle types die inhoudelijk sterk zijn'. "Meer voor de lange afstand, boven de 50 meter", verklaat ze. "Robert Hendriks is breed en is onze man van de explosiviteit en van de korte afstanden. Daar traint hij ook op. En Jeroen Koster zit daar met zijn atletische bouw tussenin. Hij is een allround zwemmer."
Koster is nog niet tevreden over zijn conditie, maar schiet er niet van in de stress. "We hebben nog ruim twee weken de tijd. Als je goed getraind bent, kun je binnen die tijd wel in topvorm komen."
Trainer Cor de Boer ziet het NK met vertrouwen tegemoet. "We leggen de lat steeds hoger, zowel bij de junioren als bij de senioren. Als je op wedstrijden beter presteert dan de vorige keren, dan ontstaat er een soort enthousiasme.
"Wat prettig is bij het seniorenteam is dat de leden hun leven erop hebben ingericht. Ze zijn serieus bij het trainen en spreken elkaar erop aan als ze een keer weg blijven. Bij het juniorenteam heb je ook met ouders te maken. Die willen nog wel eens dat hun zoon een training laat schieten voor een familiefeestje. Dat kan best eens een keertje, maar niet te vaak."